Charter dierenwelzijn

Overeenkomst ter behoud van dierenwelzijn tijdens opleidingen dierenverzorging bij Syntra West

Met het Charter Dierenwelzijn wil Syntra West een gedragscode hanteren rond het welzijn van dieren binnen alle opleidingen dierenverzorging. Dit charter zal worden gevolgd door de opleidingsinstelling, de docenten verbonden aan de opleidingsinstelling en de ingeschreven cursisten. Aanwerving als medewerker, inschakeling als docent of inschrijving als cursist voor een opleiding omhelst een automatisch akkoord met dit charter.

Artikel 1 : Visie

1.1 Welzijn van dieren staat centraal in onze dierenopleidingen en daarbuiten.

1.2 Als een dier iets niet wil (doen of ondergaan) wordt geen pijn, dwang of intimidatie gebruikt.

Artikel 2 : Strategie

2.1 Hoe willen we dit aanpakken?
Opmaken van een charter rond dierenwelzijn dat systematisch ondertekend word door Syntra, docenten & cursisten.
Dit dient als basis om binnen specifieke opleidingen concrete afspraken te maken tussen Syntra, docenten en cursisten (specifiek voor hondenopleidingen, paardenopleidingen, kattenopleidingen, etc.).


2.2 Over welke periode loopt dit?
Dit charter is geldig voor onbepaalde tijd vanaf september 2024. Indien hieraan herzieningen gebeuren zullen deze worden aangekondigd door de opleidingsinstelling.
Het charter is geldig voor Syntra, de verbonden docenten en ingeschreven cursisten bij intekenen voor de opleiding. De cursisten worden bij aanvang van de opleiding op de hoogte gebracht van het charter. Indien een docent of cursist niet akkoord is met de inhoud van dit charter, kan hij/zij niet ingeschakeld worden als docent of cursist in de dierenopleidingen. Hiervoor is geen tussenkomst, tegemoetkoming of terugbetaling van cursusgelden mogelijk.


2.3 Toepassingsgebied
De opleidingsinstelling, docenten en cursisten bevorderen het welzijn van alle dieren die in het kader van de opleidingen dierenverzorging op de campus worden behandeld, of naast de campus wanneer dit verbonden is aan externe lessen of opdrachten in kader van stages. Enige inbreuken tijdens lesmomenten en stages hierop worden via de ISO-procedure opgevolgd (zie artikel 5 en 6).
Syntra West kan niet aansprakelijk worden gesteld voor door docenten of cursisten veroorzaakte voorvallen tijdens en buiten de lesuren. Hiervoor verwijzen wij opnieuw naar de ISO-procedure in artikel 5 en 6.

Artikel 3 : Verantwoordelijkheden

3.1 Kennisgeving
Syntra voorziet als opleidingsinstelling voldoende aandacht aan de geldende richtlijnen rond dierenwelzijn bij de opstart van de opleiding, alsook extra duiding in de modules van de opleidingen:

  • Oriëntatie in de (honden)verzorging
  • Introductie in de hoefsmederij
  • Gedrags(h)erkenning
  • Gedragsontwikkeling en leerprocessen


Van de docenten wordt verwacht dat zij de cursisten duiding geven over het veilig vervoeren, uithalen & begeleiden van dieren op de campus worden gerespecteerd.


3.1 Van medewerkers/docenten/cursisten wordt verwacht dat zij onderstaande zaken melden wanneer ze dit zien gebeuren of meemaken:

  • Geen voldoende water tijdens aanwezigheid van dieren op de campus; de organisatie voorziet hiervoor de nodige infrastructuur
  • Tekenen dat het dier niet stressvrij is
  • Langdurige opsluiting
  • Geweld, verbale of fysieke correcties
  • Misbruik van verdovende middelen om te kalmeren
  • Voorbeeldfunctie die niet gerespecteerd wordt 
  • Een dier in paniek
     

Artikel 4 : Verantwoordelijkheden Syntra & docenten

4.1 Opstellen en hanteren van basisregels omtrent dierenwelzijn specifiek per opleiding (in overleg met het docententeam).

4.2 Opstellen en hanteren van basisregels omtrent toegang en voortbeweging op de campus van dieren (in overleg met het docententeam).

4.3 Informeren en hanteren van de standaard klacht- en onderzoeksprocedure.

4.4 Voorzien van aangepaste infrastructuur ter bevordering van het comfort van de dieren en dierenwelzijn.

4.5 Voorzien van een lijst met dierenartsen.

4.6 Opvolging van docenten na aanwerving  - continue verbetering en bijscholing aansturen. 

Artikel 5 : Melding - rapportering

5.1 Meldplicht - van medewerkers/docenten/cursisten wordt verwacht dat zij de items vermeld in artikel 3 melden aan een docent of medewerker van de campus.

5.2 De standaard ISO procedure voor klachten binnen Syntra zal hierin gehanteerd worden.
In geval van strafbare feiten, verwittigt Syntra de politie en laten we een PV opmaken.
In geval van ernstige, doch niet strafbare feiten, zal eerst een interne procedure volgen, eventueel gevolgd door een sanctie. Hierbij bestaat de mogelijkheid tot het inschakelen van een externe onderzoekpartij. 

5.3 Meldingen ter kwader trouw worden evenzeer gesanctioneerd. Onder meldingen ter kwader trouw worden verstaan: onware of overdreven meldingen met de bedoeling de opleidingsinstelling, medewerkers, docenten of cursisten te schaden.

5.4 Betwistingen : hierbij gaat de opleidingsinstelling over tot het inschakelen van een externe onderzoekpartij in samenspraak met de directie.
 

Artikel 6 : Sancties

Hierbij verwijzen we eerst naar artikel 5.2 – In geval van strafbare feiten, verwittigt Syntra de politie en laten we een PV opmaken.
In extreme gevallen waarbij ernstige dierenmishandeling of -verwaarlozing wordt vastgesteld, kan de zaak worden doorverwezen naar de relevante juridische autoriteiten voor verdere actie en mogelijke strafrechtelijke vervolging. In alle gevallen waarbij juridische stappen worden ondernomen zal één van onderstaande sancties worden opgelegd in afwachting van het onderzoek door de politie. Deze sanctie kan enkel worden opgelegd door de (campus)directie.

De sancties zijn als volgt:

  1. Waarschuwingen: bij lichte overtredingen kan een mondelinge of schriftelijke waarschuwing worden gegeven aan de betrokken medewerker, docent of cursist vanuit de (campus)directie.
  2. Educatieve maatregelen: in sommige gevallen kan het nuttig zijn om de persoon in kwestie te verplichten deel te nemen aan extra lessen, interne of externe educatieve programma's of trainingen over dierenwelzijn om hun kennis en begrip te vergroten. Deze verplichting kan enkel worden opgelegd door de opleidingsverantwoordelijke in samenspraak met zowel de cursusbegeleiding als de (campus)directie.
  3. Herstelmaatregelen: de persoon kan worden gevraagd om specifieke acties te ondernemen om eventuele schade aan het dier te herstellen, de eigenaar te vergoeden of om de omstandigheden te verbeteren die hebben geleid tot de overtreding. Deze verplichting kan enkel worden opgelegd door de opleidingsverantwoordelijke in samenspraak met de (campus)directie.
  4. Tijdelijke schorsing: bij ernstigere of herhaalde overtredingen kan tijdelijke schorsing van de betrokken persoon worden overwogen, waarbij ze tijdelijk worden uitgesloten van deelname aan activiteiten die verband houden met de opleiding. Examens of opdrachten die tijdens deze periode gemist worden, leiden automatisch tot een 2de zit (geen geldige afwezigheid tot herkansing). Deze sanctie kan enkel worden opgelegd door de opleidingsverantwoordelijke in samenspraak met de (campus)directie.
  5. Definitieve schorsing : als de overtreding dermate ernstig en bewezen is, kunnen toegang tot de campus voor lessen of deelname aan stages of praktijkervaring definitief worden ingetrokken. Deze sanctie kan enkel worden opgelegd door de (campus)directie.

De betrokkene(n) zullen schriftelijk – en aangetekend ingeval van tijdelijke of definitieve uitsluiting – van elke sanctie op de hoogte gebracht worden.


6.2 Meldingen ter kwader trouw
Meldingen ter kwader trouw worden evenzeer gesanctioneerd. Onder meldingen ter kwader trouw worden verstaan: onware of overdreven meldingen met de bedoeling de opleidingsinstelling, medewerkers, docenten of cursisten te schaden.
Wanneer er een vermoeden of bevestiging is van een melding ter kwader trouw, zal in overleg met de opleidingsverantwoordelijke en de (campus)directie een sanctie worden opgelegd.

Het is belangrijk dat de sancties evenredig zijn aan de ernst van de overtreding en dat er transparante procedures worden gevolgd bij het opleggen van sancties. Bovendien moet er ruimte zijn voor beroep en recht op verweer voor de betrokken personen om ervoor te zorgen dat de processen eerlijk verlopen.